Toets schrijven
Nieuwsgierig geworden naar Spark Plus? Neem dan contact op met support@studyflow.nl. We laten je graag alle mogelijkheden zien.
In dit artikel:
In Spark Plus kan je, naast het ontwikkelen van je eigen lesmateriaal, ook zelf toetsen schrijven. Dit artikel geeft een uitgebreide handleiding hoe je dit stap voor stap doet.
Voor je begint...
Voor je begint met het schrijven van een toets, willen we je wijzen op een aantal praktische zaken die in dit proces van belang zijn:
- Houd goed in gedachten voor welk doel de toets dient en op welk moment je de toets af wilt nemen. Je kunt er bijvoorbeeld voor kiezen om te toetsen op het moment dat de leerling daar klaar voor is (na het afronden van een bepaald hoofdstuk) of je kan de toets klassikaal af te nemen.
- Ga na of je de toetsing summatief of formatief wilt inzetten. Het uitgangspunt van de toetsmodule is dat je een afgeronde toets door middel van een normering, beoordeelt met een cijfer(al dan niet bekend gemaakt aan de leerling). Wil je de toets laagdrempeliger formatief inzetten? Dan past het maken van een snelle route (beheers je al voldoende?) of test jezelf (leerlingen kijken zelf na) misschien beter.
- De toetsen zijn aan een vak gekoppeld. Alle docenten die aan dat vak gekoppeld zijn, kunnen de toets inzien én bewerken. Zo kan je met de hele sectie je eigen curriculum ontwikkelen.
We raden aan om onderling goed af te stemmen hoe je omgaat met het maken en wijzigen van gezamenlijke toetsen. Elke wijziging die je in het materiaal maakt, is immers zichtbaar bij het hele team. - Toetsen worden na toewijziging direct zichtbaar voor leerlingen. Eventuele wijzigen die na een toewijzing in de toets wordt gemaakt, komen niet automatisch door bij de leerling. Om deze wijzigingen door te voeren, moet de toets opnieuw toegewezen worden.
Bestaande toets bewerken
In de toetsbibliotheek vind je alle toetsen van de vakken waar je als docent aan gekoppeld bent. Dit zijn toetsen die door jou zelf of door collega-docenten met hetzelfde vak zijn gemaakt en daarnaast eventueel de standaard toetsen die horen bij de Studyflow-methodes.
De school-eigen toetsen die in de toetsbibliotheek zichtbaar zijn, kan je inzien, bewerken en vervolgens toewijzen. Zo kan je dus ook de toetsen die je eerder hebt gemaakt aanpassen, maar ook toetsen die collega-docenten hebben geschreven, kan je bewerken.
Bij een bestaande toets heb je verschillende mogelijkheden:
Je kunt toetsen inzien door op het oog-icoontje te klikken. Hier krijg je een voorbeeldweergave te zien waarbij je vrij rond kunt navigeren tussen alle opgaven en onderdelen. Om de toetsopgaven ook met antwoordmodel te bekijken, switch je binnen in de voorbeeldweergave naar antwoordblad. |
|
|
Om een school-eigen toets te bewerken, klik je op het potlood-icoontje. Vervolgens kom je in de editor-omgeving. Alle wijzigingen die je hierin maakt, worden direct opgeslagen. |
School-eigen toetsen in de toetsbibliotheek (en dus ook die van je collega's) kan je verwijderen middels het prullenbak-icoontje. Hierna is de toets definitief verwijderd en kan niet meer bewerkt of toegewezen worden. |
Eigen toets schrijven
Bij het schrijven van een toets doorloop je een aantal stappen. In de volgende onderdelen worden de stappen stuk voor stuk uitgelegd aan de hand van een handleiding. Houd bij het doorlopen van deze stappen goed in gedachten welk doel de toets dient die je schrijft, om zo een geschikte toets te schrijven.
Stap 1: Instellingen bepalen
Ga via de toetsomgeving naar de Toetsbibliotheek. Klik links boven in het scherm op Nieuwe toets schrijven om te starten met het maken van een nieuwe toets.
Vervolgens verschijnt er in een pop-up om de toets aan te maken.
De instellingen zorgen ervoor dat je de toets later eenvoudig terug kan vinden in de toetsbibliotheek en bij het toewijzen. Je kan deze gegevens later nog wijzigen door binnenin de editor op de knop Instellingen in de witte balk te klikken.
Vul de toetsgegevens in:
Titel | Aan de hand van deze titel kunnen jij en collega-docenten de toets in de toetsbibliotheek terugvinden en toewijzen. Dit is niet de titel die de leerlingen zullen zien, deze kan je nog wijzigen bij het toewijzen van de toets. |
Vak | Toetsen worden niet aan collecties gekoppeld, maar aan een vak. Collega-docenten die aan hetzelfde vak gekoppeld zijn, kunnen deze toetsen later ook gaan gebruiken. Leerlingen zien middels het bijbehorende icoon bij welk vak de toets hoort. |
Type | Selecteer in de drop-down het type toets. Je hebt de keuze uit: clustertoets, hoofdstuktoets, instaptoets, niveautoets of tempotoets. |
Subtype | Alleen bij het type instaptoets kan je een subtype aangeven via de drop-down. Je hebt de keuze uit: brugklastoets, latere instaptoets of stoomcursus. Bij andere typen toetsen blijft het vak grijs en is het niet mogelijk om een subtype aan te geven. |
Niveau | Selecteer het niveau waarvoor de toets geschreven wordt. Net als het vak en type, wordt dit gebruikt om de toets herkenbaar te maken in de toetsbibliotheek en toetsoverzichten. Leerlingen krijgen het niveau niet te zien wanneer je de toets toewijst. |
Duur (in min) |
Vul de (geschatte) duur in van de toets. Dit is geen verplicht veld, maar geeft aan collega-docenten een verwachting hoe lang de toets mogelijk zal duren indien zij deze toets willen inzetten. De ingevulde duur van de toets wordt niet automatisch meegenomen in de sluitinstelling bij het toewijzen van de toets. |
Versie | Vul een versie aanduiding in die voor herkenbaarheid zorgt in de toetsbibliotheek en toetsoverzichten. Vooral bij gelijkwaardige toetsen is het goed om hiermee duidelijk onderscheid te maken tussen de verschillende toetsen. Leerlingen zien de versie van de toets wanneer zij deze aan het maken zijn. |
Heb je de toetsgegevens ingevuld, klik dan op Nieuwe toets toevoegen.
Stap 2: Toetsdelen, opgaven en vraagvarianten schrijven
Nadat je de toetsgegevens hebt ingevuld en opgeslagen, kom je in de editor-omgeving van de toets. De toetseditor heeft veel gelijkenissen met de editor die je gebruikt bij het schrijven van eigen lesmateriaal, echter is er ook één groot verschil. De toetseditor werkt in drie lagen: de toetsdelen (1), die bestaan uit opgaven (2) met daarin eventueel vraagvarianten (3).
Toetsdelen
Een toetsdeel bestaat uit een aantal vragen die onderling een verband kennen door bijvoorbeeld het onderwerp of dezelfde geldende regels of toegestane hulpmiddelen. Voor elk toetsdeel kan je een instructiepagina schrijven, waar de specifieke geldende regels of inleiding aan te geven zijn.
In de instellingen kan je aangeven of je wilt dat leerlingen tussen de verschillende toetsdelen kunnen schakelen of dat zij eerst het toetsdeel moeten inleveren alvorens naar het volgende toetsdeel te gaan. Het is in dat geval niet meer mogelijk om het vorige toetsdeel te openen.
Opgaven
Wanneer je de toetsdelen hebt geschreven en ingedeeld, kan je de toetsdelen vullen met toetsopgaven.
Selecteer eerst het type opgave die je wilt toevoegen.
Opgave bewerken Bewerk bestaande opgaven door in bewerk-modus de opgave te selecteren in het menu, en vervolgens op het opgaveblok te klikken of gebruik het potlood icoon. De editor opent zich en de opgave kan bewerkt worden. Vergeet niet om op te slaan! |
|
Opgave verwijderen Verwijder de een opgave door de betreffende opgave te selecteren en klik vervolgens op het prullenbak-icoontje. |
|
Volgorde wijzigen Om de volgorde van opgaven te wijzigen, selecteer je de te verslepen opgave en sleep je de pagina's naar de gewenste plaats middels de pijltjes-knop ingedrukt te houden. |
|
Opgave dupliceren Soms kan het handig zijn om een opgave te dupliceren om als basis gebruiken van een nieuwe opgave. Selecteer de opgave in the menu, beweeg de muis over het opgaveblok tot de blauwe balk verschijnt, en klik vervolgens op het dupliceer-icoon. De editor van de kopie gaat direct open en er is nieuwe tegel in het menu toegevoegd. |
|
Voorbeeld bekijken Verzet het schuifje rechtsboven van bewerken-modus naar voorbeeld-modus om het resultaat te zien. In het voorbeeld kan je met- en zonder antwoordblad de toets bekijken. Controleer hiermee goed of alle ingevoerde antwoordmodellen kloppen. |
Vraagvarianten
We hebben gemerkt dat er veel behoefte is om binnen een toets verschillende versies toe te kunnen voegen. Dit kan nu in de zelf geschreven toetsen in Spark Plus door het toevoegen van vraagvarianten.
Door bij een opgave één of meerdere vraagvarianten toe te voegen, selecteert het systeem willekeurig welke variant van de opgave de leerling te zien krijgt. Zo beperk je de mogelijkheid op spieken tijdens een toets en kan je alle leerlingen aan één toetsmoment toevoegen zonder dat zij exact dezelfde opgaven krijgen.
De opbouw van het toetsdeel en de volgorde van opgaven staan vast zoals je deze hebt geschreven. Alleen welke variant van de opgave de leerling krijgt, wordt willekeurig door het systeem gekozen.
Volg onderstaande stappen om een vraag variant toe te voegen:
Alleen bij volledig ingevulde opgaven kan er een vraag variant toegevoegd worden. Zo wordt voorkomen dat er per ongeluk lege vraag varianten ontstaan.
We raden je aan om de vraag varianten zo gelijkwaardig mogelijk te houden, door het type opgave en de instellingen niet te wijzigen.
Stap 3: Start- en instructiepagina schrijven
Om leerlingen goed te introduceren in de toets of het toetsdeel, kan je een startpagina en een instructiepagina's toevoegen.
Startpagina
De startpagina is de pagina die de leerlingen eenmalig zien voordat zij de toets starten. Zodra de leerling de toets is gestart, kan hij/zij deze pagina niet meer terughalen.
In de startpagina van de toets, kan je een algemeen beeld geven hoe de toets is opgebouwd. Zo weet de leerling wat hij/zij kan verwachten. Noem hier bijvoorbeeld nogmaals de titel en het type van de toets. Geef aan hoeveel vragen of onderdelen de toets bevat en welke spelregels op de toets van toepassing zijn.
Schrijf de startpagina door de volgende stappen te volgen:
Bij toetsen waar geen startpagina geschreven is, krijgen leerlingen geen startpagina te zien en slaan ze dit scherm volledig over.
Instructiepagina bij een toetsdeel
Om een nieuw toetsdeel te introduceren of specifieke instructies bij een toetsdeel te geven, kan je per toetsdeel een instructiepagina toevoegen.
Deze kunnen leerlingen, op ieder moment dat zij hierin bezig zijn, oproepen door op het instructie-icoontje te klikken. Er verschijnt dan een pop-up met de instructie.
Bij toetsdelen die geen instructiepagina bevatten, ziet de leerling deze knop niet.
Volg de volgende stappen om een instructiepagina te schrijven:
Open de toetsinstellingen door in de toetseditor rechtsbovenin op instellingen te klikken.
Stap 4: Normering toevoegen
Om een cijfer te kunnen genereren wordt een normering toegepast op de totaalscore.
Als Spark Plus gebruiker kun je, bij het schrijven van een school-eigen toets, vooraf een of meerdere specifieke normeringen definiëren. Collega-docenten die deze toets willen inzetten, kunnen daarmee binnen één klik deze vooraf ingevulde normeringen toepassen.
Lees verder in het artikel Toetsnormering schrijven om een passende normering te bepalen en toe te voegen aan de toets.